Het nieuwe jaar begon ik met goede voornemens. Eén van deze voornemens was om goed voor mezelf te zorgen. Dat betekent dus in eerste instantie actie voor mijn schouder! Dat wilde nog maar niet verbeteren, al waren de sessies bij de Cesastherapeut wel erg zinnig. Het werd in ieder geval niet erger en het wandelen elke dag (bijna elke dag) is goed voor mijn lijf en schouder.
Zo zat ik dus op 3 januari bij de huisarts met mijn schouderklachten en nam ik ook meteen de knobbel in mijn linkerhandpalm mee. In de revisie, APK-beurt, of zoals mijn collega's zeiden: tijd om wat bugjes te fixen.
Voor mijn schouder moest ik eerst maar eens een echo laten maken. De uitslag is inmiddels bekend: een chronische peesontsteking en als gevolg daarvan is alles in mijn schouder muurvast gaan zitten. Niet een beetje vast, maar echt muurvast.Heleboel bewegingen kunnen prima (zoals schakelen in de auto), maar een elastiekje in mijn haar of mijn schort vastknopen op mijn rug is echt een lastige opgave. Het gaat gewoon niet, zo raar.
Dat betekent dus nu weer naar de fysio: langzaam mijn spieren losmaken en weer oprekken. Oefeningen doen en nog steeds geduld hebben en niet te veel handwerken (dat vindt de ontstoken pees niet fijn).
Voor de cyste in mijn hand: hup, naar het ziekenhuis. Was er nog nooit geweest, in het Jeroen Bosch. Keek maar eens met mijn kennersblik (ooit werkte ik in een ziekenhuis) naar vloeren, bewegwijzeringsbordjes en eventuele stofwolken.
Ze kunnen de cyste makkelijk weghalen, dat zal ergens eind maart/begin april zijn. Heb er gelukkig niet zo heel veel last van: het voelt alsof er een knikker onder mijn hand ligt als je de hand plat op tafel legt. Je begrijpt dat je dit vooral voelt bij het vastpakken van stuur, deurklink of poetslap, maar bij het handwerken en computerwerk is dit gelukkig geen belemmering.
Aangezien er toch af en toe wel wat gehandwerkt moet worden, pakte ik mijn breinaalden op.
De handschoen begon ik met een kleine rondbreinaald. Reuze handig, lekker doorbreien, maar dat doorbreien: dat vindt mijn schouder dan weer niet leuk.
Toen de bamboebreinaalden maar eens gepakt: voor de vingers heb ik die hoe dan ook nodig.
En wat schetst mijn verbazing dat dit beter uitpakt. De naald rust ook om mijn pink bij het vasthouden en dat geeft een stuk minder verkramping. En ik moet natuurlijk elke keer die naalden wisselen, ook dat geeft een andere spierbeweging.
En zo komt er toch heel langzaam wat tot stand! Morgen weer een ander kleurtje voor de volgende vinger. En dan aan de tweede beginnen. En die wordt niet hetzelfde als de eerste. De sjaal waar ze bij horen heeft ook heel veel verschillende patronen en technieken: eens kijken welke ik zal gebruiken.
Veel handwerkplezier,
Françoise